Meest voorkomende werkwoorden in het Spaans

De meest voorkomende werkwoorden in het Spaans:

SpaansNederlands
abriropenen
agarrarvastpakken
ahorrarsparen
almozarlunchen
amarhouden van
apagaruitdoen (licht, apparaat)
aprenderleren
bajarnaar beneden gaan
barrervegen
beberdrinken
buscarzoeken
cambiarveranderen, overstappen
caminarlopen
cantarzingen
cenardineren
cerrarsluiten
cocinarkoken
comenzarbeginnen
comereten
compararvergelijken
compartirdelen
comprarkopen
conducirrijden
conocerkennen
contartellen, vertellen
conversarconverseren
copiarkopiëren
creergeloven
dargeven
decirzeggen
desayunarontbijten
despertarsewakker worden
dirigirrichten, sturen
dormirslapen
dudarbetwijfelen
durarduren
elegirkiezen
enamorarseverliefd worden
entenderbegrijpen
escribirschrijven
escucharluisteren
esperarhopen
estarzijn
estudiarstuderen
existirbestaan
ganarwinnen, verdienen
gobernarregeren
guardarbewaren
gustarin de smaak vallen
haberzijn, hebben (hulp w.w.)
hablarspreken
hacerdoen
indicaraanwijzen
invitaruitnodigen
irgaan
jugarspelen
lavarwassen
leerlezen
limpiarschoonmaken
llamarroepen, noemen
llevarmeenemen
lloverregenen
mirarkijken
necesitarnodig hebben
oírhoren
olvidarvergeten
pagarbetalen
pedirvragen
pensardenken
perderverliezen
perdonarvergeven
poderkunnen
preferirliever hebben
preguntarvragen
prenderaansteken
prometerbeloven
quererwillen
recomendaraanbevelen
recordarherinneren
regalarcadeau geven
reírlachen
resolveroplossen
responderantwoorden
saberweten
saludargroeten
sentirvoelen
serzijn
solergewoon zijn te
subirnaar boven gaan
sucedergebeuren
tenerhebben
terminareindigen
trabajarwerken
traerbrengen
usargebruiken, dragen (kleding(
utilizargebruiken
venirkomen
verzien
viajarreizen
visitarbezoeken
vivirleven